Buiten onweert het

In een fauteuil bij de receptie
van het hotel oefen ik mijn tekst
buiten onweert het
de regen klettert elke keer
dat de deuren opengaan

Zinnen herhalen
tussendoor steeds kijken
naar het publiekstheater
van de mooie buitenkant
van het bejaarde echtpaar

dat nipt aan een drankje
en ongeduldig op een taxi wacht
napratend over vrienden en kennissen
in wie ze de binnenkanten herkennen
van de personages uit het stuk