De zon en de nacht

Starend naar het licht
wordt het nacht
in mijn ogen

Starend in de nacht
is het niets
te groot

zoals ook het licht
voor mijn lichaam
te groot, te gevaarlijk is

Ik moet ertussenin zien
te blijven, leven is verstrooid
licht, verzacht

door de kracht van zwaarte
de massa waarin plaats is
voor onbegrijpelijk veel energie

het donker van de dood
het stilleven waarin leven
elke dag een wonder is