Zywa Watersnood

Voorzichtig plassen, meisjes aan de ene kant
De jongens doen het om het verst en nonchalant

We zitten in de goot, wat doen mijn billen zeer!
Jeroen duwt zich omhoog, hij houdt het echt niet meer

schuin staat hij achterover, steunend op de pan-
nen van het dak, maar krijgt daar moeie benen van

Zijn moeder maakt zich zorgen, bidt en smeekt
hem: jongen, pas toch op, wat als de beugel breekt?

Dan, dan, ja wat, dan redt je vege lijf het niet
Mijn jongen toch, dan sterf ook ik nog van verdriet

Wat later zit hij schrijlings boven op de nok
Alweer een uur voorbij, beneden slaat de klok

Na wat gesteggel doet Martijn zijn kleren uit
Hij duikt het huis in, maakt er heel wat eten buit

gewassen groente, slappe pizza's, kaas en worst
Wat is dat lekker, nu nog iets voor ieders dorst

We hebben watersnood, waar blijft nu toch de boot?
Kom, actie actie actie, anders gaan we dood!

Gedicht 241
Amsterdam, 2014-05-11

Bundel: Plaatselijke weeën 
Trefwoord: Lot / Noodlot 
Zywa
Home5-7-5
PenseelPuimPuinRegenLiefdes
VerdichtTrekvogelsAlsloosFoto
Aandacht is als zonneschijnVermeld © Zywa bij gebruik van teksten,
tekeningen, ontwerpen, schilderijen en foto's
Woord zoeken:  CTRL-F