Zywa Mannen

's Nachts schreeuwen we slapend bang
voor tentakels tussen de lakens

worden we wakker van roffels donder
en het rammelen van de ramen

luisteren we naar de blaffende honden
tot we ongemerkt verdwijnen

in de armen van ons knuffeldier
maar 's ochtends schijnt de zon

dan

rennen we met zijn allen naar buiten
en zijn we de hele dag gelukkig

in zon en korsten modder
op lijf en leden: mannen

Met De Zak – we stinken
naar bonen, verstikken de vijand

in de geur, schreeuwen hem onder
in de zakken bibberend bang

slaan de trom, verjagen de slangen
vechten tegen de malende armen

van machtige reuzen, legioenen
schapen en gevaarlijke generaals

tot we thuis de zakken legen
boven het vuur en de dieren

schreeuwen en kronkelen
maar ze kunnen ons niet grijpen

Gedicht 354
Amsterdam, 2014-11-13

Bundel: BloedKoffer 
Trefwoord: Mensen: mannen 
Opgedragen aan: Patrick vC 

Zywa Men

At night we scream, sleeping afraid
of tentacles between the sheets

we wake up from thunder rolls
and the rattling of the windows

we listen to the barking dogs
until we disappear unnoticed

into the arms of our cuddly toy
but in the morning the sun shines

then

we all run out
and are happy all day

in the sun and crusts of mud
on our bodies and limbs: Sack Men –

we stink of beans
suffocate the enemy

in the smell, cry him to the bottom
of the sacks, shakily afraid

we beat the drum, chase away the snakes
fight the milling arms

of mighty giants, legions
of sheep and dangerous generals

until at home we empty the sacks
over the fire and the animals

howl and wriggle
but they cannot catch us

Poem 1012
Amsterdam, 2017-02-13

Collection: BloodTrunk 
Keyword: People: men 
Dedicated to: Patrick vC 

Zywa Männer

Nachts schreien wir, haben Angst im Schlaf
fĂĽr Tentakeln zwischen den Laken

wir wachen auf von Donnerwirbel
und das Rasseln der Fenster

wir hören den bellenden Hunden
bis wir unbemerkt verschwinden

in den Armen unseres Kuscheltiers
aber am Morgen scheint die Sonne

dann

rennen wir alle raus
und sind den ganzen Tag glĂĽcklich

in der Sonne und in Schlammkrusten
auf Leib und Gliedern: Männer

Mit Dem Sack – wir stinken
nach Bohnen, ersticken den Feind

im Geruch, machen ihn schreiend Angst
er zittert am Boden der Säcke

wir schlagen die Trommel, vertreiben die Schlangen
kämpfen gegen die spinnenden Arme

mächtiger Riesen, Legionen
von Schafen und gefährlicher Generäle

bis wir zu Hause die Säcke
ĂĽber dem Feuer leeren und die Tiere

schreien und zappeln
aber sie können uns nicht greifen

Gedicht 3308
Amsterdam, 2021-01-03

Band: BlutKoffer 
Stichwort: Menschen: Maenner 
Gewidmet: Patrick vC 
Zywa
GroepTerug5-7-5
PenseelPuimPuinRegenLiefdes
VerdichtTrekvogelsAlsloosFoto