Zywa
Sintels
Ik koop kleren die zomer en winter
passen bij zijn sjaal, de bonte
waar mijn herinneringen niet
uit te wassen zijn
Ik heb hem geslagen
omdat hij op mij ging lijken
geëist dat ik alleen hem wou
in onze driehoeksverhouding
van aandacht, aanraking en liefde
we hebben er over vergaderd
punt voor punt in bed
elke zenuwcel in mijn huid
aangesproken, gekieteld, gekust
laten gloeien van eeuwigheid
en toch is de kou gekomen
zonder dekkleed over mijn wonden
dus blijf ik poken in de sintels
van het vuur dat in mij brandt
|