Zywa
Hier waar ik sta
Ik spring tussen de ernstige mensen
voor de kerk, het café is nog gesloten
en ik denk nog verder terug in de tijd
In een late lente was hier een slootrand
ginds een molen, de wallen en de kroon
van de oude Wester
Alsof het een dik beschilderd doek is
wis ik verflagen geschiedenis
Ik leg turfstekers bloot, zie de wind
in het bloeiende moeras
alles vliegt over vele seizoenen
terug in zijn bestaan
Lange haren van de mammoets
uit het westen, tot aan de bergrug
waarover mensensoorten lopen
Met een verre blik is het te zien
midden in de stad
hier waar ik sta
|