Zywa
Hij hield van honing
Hij was niet oud, maar oud genoeg
om te weten dat spoedig het genot
van meisjes die in bloei komen
hem ontglippen zou
Zolang het kon, zolang het duurde
was hij nog de man die na een veldslag
achter op zijn kameel een meisje
naar zijn tent bracht
Ze was rijp, op het zadel
verloor ze haar eerste bloed
en in de boomgaard dronk hij
honing met de Koptische
Zijn vrouwen roken het
Ze kleineerden hem
in hun verleidelijkste kleren
maar hij zei dat het mocht
Zelfs een lelijk meisje wilde hij
Zo werd hij voor sommigen
de man die van maagden hield
hier en in het hiernamaals
|