Mijn goede bedoelingen zijn onbestelbaar en gebroken teruggekomen, ze plakken aan mij als een mislukte taart vastgekoekt aan het bakblik in een oven die te heet is ingesteld Bikkelhard blakerdeeg Na weken poetsen blijven de krassen jeuken in mijn ziel, ze schreeuwen om aandacht en erkenning In de stationshal luister ik uren naar het pianospel, de berichten en het ritselen van de bestemmingsborden die me geen richting wijzen voor een reis naar een betere wereld verbeterbaar met mensen zoals ik, vreemden Thuis houd ik de gordijnen gesloten de muren hebben geen ramen en er is niets dat ik wil zien
Ik kan het, want ik denk dat ik het beter kan dan een ander, laat me daar maar niet over nadenken want de nood is hoog en de meningen zitten vast Filters nemen het licht weg Ik moet ze weglachen tot we weer bloot staan aan ons gezond verstand en opnieuw kunnen beginnen een betere wereld af te dwingen op de mensen die mij niet vertrouwen De anderen volgen wel tot alles weer zal vastlopen en het lachen verstomd opnieuw iemand zal kiezen die zegt beter te kunnen wat nog niemand kon