De zon gaat onder in ons mooie avondland, laat het maar fout gaan, roepen de kiezers laat de stroom maar uitvallen de aarde scheuren en de honden blaffen, laat de zee maar kolken Ze duiken en zwenken als een zwerm spreeuwen Er zit een systeem in dat moeilijk te beïnvloeden is door bestuurders, als vogelaars verklaren ze de voortekens Na de grote beving breken er landen af en ze varen weg, hun kaap klieft de oceaan: een trotse rotstitaan vol konijnen en kolonisten die zich verschansen achter boze woorden omdat het zo ingewikkeld is Ze willen een eigen koers ze willen een nieuwe zon De vrouwen zijn zwanger
Verkiezingstijd: daar zijn ze in mooie jurken, de feeën met hun toverstokken gericht op mijn dromen Flonkerende sterren een prachtige wereld wensen ze mij toe ik krijg het cadeau als ik wil, Zeg het maar mijn stem maakt het verschil maar de nar lacht en danst om de blinkende jurken Hij wijst naar de toverstokken die wijzen vooral naar elkaar de rest is reclamepapier dat de problemen mooi inpakt dus pas op met wensen ze komen uit zoals je denkt half, en inconsistent met een rekening voor anderen of voor later